Open Deur

Joost en ik gingen darten. We weten al verbazingwekkend lang van elkaars bestaan. Afgelopen jaar ontstond er een gesprek, waarop wij afzonderlijk besloten de verbinding bij de ander te ontdekken.

Tussen het gooien van de pijlen door hebben de gesprekken steeds diepere lagen gekregen, waardoor ik de groeiende vriendschap met eenzelfde groeiende diepgang waardeer. Misschien is het darten een gezonde afleiding om de hersenspinsels de kans te geven zich te sorteren en te ordenen, om ruimte te geven aan nieuwe gedachten en nieuwe gedichten. Maar misschien wil enkel ik het darten zien als een concentratieonderbreking omdat Joost er veel beter in is dan ik.

We ervaren eenzelfde groeicurve, maar het instapmoment is per onderwerp verschillend.

Joost stelt regelmatig obscure kroegen voor om het dartbord te testen, en ik ben graag bevangen geworden door dat opzoekvirus. Zo kwamen we in een cafeetje niet ver van de hoofdstraat, waar ik nog nooit geweest was. Hij wel. Het is merkwaardig dat hij veel van de troebele kroegen al eerder heeft bezocht.

Het was gezapig in het café, omdat er weinig mensen waren. Enkele verlopen oudere mannen aan de bar, die stil werden en traag achterom keken, toen wij binnentraden. Liftmuziek vervaagde de donkerbruine muren.

Om te kunnen darten moesten wij twee tafels en vijf stoelen aan de kant schuiven. Nadat de eerste pijltjes het bord raakten draaiden de barmannetjes zich terug naar hun neuten en gingen verder met het gerasp.

Op één na.

Op de hoek van de bar, direct in ons zicht, zat een kleine, kalende man van een jaar of 60 die ons al het één en ander toeriep, dat wij gevoeglijk negeerden. Dit zinde hem niet. Het rookhok was aan onze kant van de kroeg. Hij stond op, greep een looprek, waggelde langs ons richting het rookhok, keek naar een worp en zei: "Dat is geen 180."
Zijn schadelijke, hese lach die daarop volgde, kon niet bulderend worden geuit, uit angst om in een hoestbui uit te barsten die tot een hersenbloeding zou leiden.
Hij was de enige die lachte.
Hij liep door naar rookruimte, en had moeite met de deur, die met een ferme dranger in de post werd gehouden.

Nadat hij uitgerookt was, bekeek hij op de terugweg weer een worp, en zei: "Nou, je bent duidelijk geen Michael van Gerwen, hahaha."
Zijn stem klonk alsof er in zijn keel een dwergezeltje met een zweep aan het werk werd gezet om twee molensteentjes over elkaar te schuren. Aan zijn huid was te zien dat hij vaker het looprek gebruikte om naar de rookruimte te schuifelen.

Of men nu zit te schaken, scrabble speelt, of staat te darten - het is zeer onbeleefd als buitenstaander hiermee bemoeienis te hebben. Kijken mag, wordt gewaardeerd. Complimenten zijn akkoord. Maar geen opmerkingen. Niet quasi-grappig, niet plagerig, niet vermetel - het is van een vrijpostigheid die niet op prijs wordt gesteld.

Om het Joost nog enigszins moeilijk te maken heb ik diepe concentratie nodig om goed te kunnen mikken. Net als golf en snooker is goed darten bizar moeilijk. Maar ook mijn vriend concentreert zich goed, om mijn hete adem uit zijn nek te houden. Er is geen sprake van jaloezie, maar we werpen om te winnen.

Toen de abominabele kreupele weer richting rookhok pikkelde voelde ik mijn ergernis naar het kookpunt stijgen. Ook Joost was geïrriteerd. Hij krijgt dan een vlammetje in zijn ogen. Op de lange, houten tafel die de rookruimte van de dartbaan scheidde ondersteunde het sujet zijn krakkemikkige lijf. Hij vroeg het één en ander, wij zeiden ja en nee. Daarna continueerde hij zijn hinderlijke scherts maar waggelde niet door naar de rookruimte.

Hem vragen om op te zouten kwam steeds meer voor in mijn mond te liggen, maar Joost was eerder. Binnen alle ergernis, alle diepe zuchten, alle blikken van verstandshouding, wist hij op niet gespeelde, vriendelijke toon te vragen: "Zal ik de deur voor je open houden?"

Ik was verbijsterd door de liefdevolle oplossingsgerichtheid. Voor iemand die het bloed onder je nagels vandaan haalt deuren openen.

Dat is één van de redenen waarom ik zo graag met Joost omga.
Want darten kan hij niet.

Reacties:

Er is éen reactie:

Lotte schreef op 3 May, 2017:

Geestig, erg vermakelijk om te lezen!!

Schrijf een reactie:

Naam of iets dergelijks:

Uw onverplichte emailadres:

Reactie:

Hoeveel is 6 plus 3?